Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen Nuenen c.a. 2026
De raad van de gemeente Nuenen c.a.,
gezien het voorstel van het college van 15 september 2025
gelet op artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging en artikel 149 van de Gemeentewet;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Nuenen c.a. 2026
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1. Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. begraafplaats: de gemeentelijke begraafplaats Oude Landen gelegen aan de Beekstraat 48a te Nuenen en Oude Toren gelegen aan de Tomakker te Nuenen;
b. graf: een zandgraf;
c. particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
- het doen begraven en begraven houden van één of twee overledenen;
- het doen bijzetten en bijgezet houden van één of meer asbussen met of zonder urn;
d. particulier kindergraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen begraven en begraven houden van levenloos geborenen, alsmede van overleden kinderen tot 12 jaar;
e. Islamitisch graf: graf dat behoort aan een particulier met de Islamitische geloofsovertuiging;
f. asbus: een bus ter berging van as van een overledene;
g. urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;
h. particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
- het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
i. particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
j. verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid;
k. gedenkteken: voorwerp op het graf voor het aanbrengen van opschriften of figuren;
l. grafbeplanting: beplanting die door de rechthebbende op een graf wordt aangebracht;
m. grafbedekking: gedenkteken, afdekplaat, grafbeplanting en andere voorwerpen op een graf of bij een urnenruimte;
n. het college: burgemeester en wethouders van de gemeente Nuenen c.a.;
o. beheerder: de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats of degene die hem vervangt;
p. rechthebbende: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een particulier (kinder) graf, een particulier urnengraf of particuliere urnennis, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;
q. grafrecht: het uitsluitend recht op het begraven en begraven houden in een particulier (kinder) graf, of recht tot het doen bijzetten en bijgezet houden in een particulier urnengraf en particuliere urnennis;
r. grafakte: de beschikking waarin overeenkomstig die bepaling van de verordening door of namens het college een grafrecht wordt verleend voor een particulier graf;
s. ruimen: na schriftelijk afstand van het grafrecht de stoffelijke resten opgraven en herbegraven in een daarvoor bestemd gedeelte van de begraafplaats;
t. uitvoeringsbesluit: regelgeving met betrekking tot de uitvoering, welke onlosmakelijk is verbonden aan onderhavige beheerverordening. Het uitvoeringsbesluit kan los van de beheerverordening worden aangepast.
u. Islamitische gedeelte: Het islamitische gedeelte van de begraafplaats dat is bestemd voor particuliere islamitische graven. Dit gedeelte is toegankelijk voor alle moslims, ongeacht lidmaatschap van een moskeekoepel.
Artikel 2. Voorwaarden
- Aan krachtens deze verordening te verlenen toestemmingen, vergunningen of ontheffingen kunnen voorwaarden worden verbonden.
- Indien de in het eerste lid bedoelde voorwaarden niet worden nageleefd, kan het college besluiten de toestemming, vergunning of ontheffing in te trekken.
- De houder van de toestemming, vergunning of ontheffing is verplicht deze op eerste vordering te tonen aan hen, die belast zijn met het opsporen van overtredingen van deze verordening. Bij weigering hiervan wordt de houder geacht zonder toestemming, vergunning of ontheffing te hebben gehandeld.
Hoofdstuk 2 Beheer, bestemming en registratie
Artikel 3. Beheer
- Het beheer van de begraafplaats berust bij het college.
Onder toezicht van het college worden één of meer daartoe aangewezen personen belast met:
a. de administratie van de begraafplaats;
b. de dagelijkse leiding van de begraafplaats;
c. het onderhoud van de begraafplaats;
d. het laten delven of openen en sluiten van (kinder/urnen) graven en urnennissen;
e. het naleven van de wettelijke voorschriften ten aanzien van het begraven van overledenen en het plaatsen van asbussen.
Artikel 4. Register en plaats registratie
- Het college houdt een register bij van de begraven overledenen en de bezorgde as en kan hiervoor nadere regels vaststellen.
- Het register bevat van alle graven de rechthebbenden met hun namen en adressen. In dit register worden tevens de naam, geboortedatum en de datum van overlijden opgenomen van degene die is begraven of waarvan de as is bezorgd. Daarbij is vermeld de grafaanduiding en de dag van de begraving of bijzetting.
- De rechthebbenden zijn verplicht de wijziging van hun adres aan het college door te geven. Indien aanschrijvingen en andere ingevolge deze verordening vereiste mededelingen verzonden zijn aan het door de rechthebbende laatstelijk opgegeven adres, kan deze zich nimmer op het niet ontvangen daarvan beroepen.
- Van het in het eerste lid bedoelde register kunnen uitsluitend rechthebbenden een kopie van het uittreksel ten aanzien van hun grafplaats en leges verkrijgen.
Hoofdstuk 3 Openstelling, orde en rust op de begraafplaats
Artikel 5. Openstelling begraafplaats
- De begraafplaats is voor eenieder dagelijks toegankelijk gedurende door het college bij nadere regels vast te stellen tijden. Het college maakt deze tijden openbaar bekend.
- Ter handhaving van de orde en rust op de begraafplaats kan de toegang tijdelijk worden gesloten.
- Het is verboden gedurende de tijd dat de begraafplaats niet voor het publiek geopend is, zich daarop te bevinden, anders dan voor het bijwonen van een begrafenis of de bezorging van as.
Artikel 6. Ordemaatregelen
- Bezoekers, personeel van uitvaartondernemingen en personen die werkzaamheden op de begraafplaats hebben te verrichten, zijn verplicht zich in het belang van de orde, rust en netheid te houden aan de aanwijzingen van of namens de beheerder.
- De beheerder kan personen die zich niet aan de in het eerste lid bedoelde aanwijzing houden van de begraafplaats verwijderen of laten verwijderen.
Artikel 7. Verboden
Het is verboden op de begraafplaats:
a. goederen ter verkoop aan te bieden;
b. op enige wijze reclame te maken voor handel of bedrijf;
c. op graven te lopen of de begraafplaats te verontreinigen;
d. de graven, de gedenktekens, de beplanting, de gebouwen en de paden te bekladden, te beschadigen of op enigerlei andere wijze te verontreinigen;
e. honden los te laten lopen;
f. dieren te begraven of bij te zetten;
g. zich toegang tot de begraafplaats te verschaffen anders dan via de daarvoor bestemde ingangen;
h. iets te doen of na te laten dat in strijd is met de eerbied van de nagedachtenis van de overledene;
i. (brom)fietsen of rij- of voertuigen, met uitzondering van invaliden-, kinder- en wandelwagens, mee te nemen dan wel te rijden anders dan ter gelegenheid van een begrafenis, ter bezorging van as of tot het vervoeren van materialen bestemd voor op de begraafplaats te verrichten werkzaamheden;
j. met motorrijtuigen sneller dan 5 km per uur te rijden;
k. zonder toestemming van de beheerder een geluidsinstallatie aanwezig te hebben en/of te gebruiken op de begraafplaats.
l. om huisdieren op het islamitische gedeelte van de begraafplaats toe te laten. Bezoekers wordt gevraagd om zich te kleden conform de islamitische voorschriften.- De beheerder is bevoegd personen die zich niet houden aan het bepaalde in lid 1 van dit artikel de toegang tot de begraafplaats te ontzeggen.
- Het college kan ontheffing verlenen van de verboden zoals genoemd in lid 1.
Artikel 8. Plechtigheden
- Het is verboden zonder toestemming van het college herdenkingen, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats te houden.
- Herdenkingsbijeenkomsten, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats kunnen slechts plaatsvinden nadat deze ten minste zes werkdagen tevoren zijn gemeld aan de beheerder. Datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop deze zal plaatsvinden worden in overleg met de aanvrager door de beheerder vastgesteld.
- De deelnemers aan de plechtigheid, bedoeld in het eerste lid zijn verplicht zich in het belang van de orde, rust en netheid te houden aan de aanwijzingen van de beheerder.
- Het college kan de toestemming weigeren op grond van vrees voor verstoring van de openbare orde op de begraafplaats.
Hoofdstuk 4 Indeling begraafplaats en uitgifte van graven
Artikel 9. Soorten graven
Op de begraafplaats kunnen worden uitgegeven:
a. particuliere graven;
b. particuliere Islamitische graven;
c. particuliere kindergraven;
d. particuliere urnengraven;
e. particuliere urnennissen.
f. Op de begraafplaats kan het gebruik worden verleend voor asverstrooiingen.
Op de gesloten begraafplaats Oude Toren aan de Tomakker in Nuenen kunnen geen lijken worden begraven, geen asbussen worden bijgezet en geen as worden verstrooid op een verstrooiingsplaats. Deze locatie is een oude gemeentelijke begraafplaats waar onder andere Theodorus van Gogh, de vader van Vincent van Gogh, begraven ligt. De begraafplaats heeft vooral historische waarde en wordt niet meer actief gebruikt voor nieuwe uitvaarten. Alleen bestaande reserveringen kunnen nog ingewilligd worden.
2. Een asverstrooiing dient altijd plaats te vinden onder toezicht van de beheerder.
3. Het college stelt nadere regels betreffende het aantal overledenen en asbussen, met of zonder urn, dat in particuliere graven kan worden begraven en bijgezet. Tevens bepaalt het college de afmetingen en uitgifteduur van de particuliere graven. De uitgifteduur kan niet korter zijn dan de minimumtermijn vastgesteld in de Wet op de Lijkbezorging.
Artikel 10. Volgorde van uitgifte
- Particuliere graven worden in volgorde van ligging uitgegeven in samenspraak met de beheerder.
- De uitgifte van particuliere urnennissen wordt in samenspraak met de beheerder bepaald.
- Het college kan een graf buiten de volgorde van uitgifte uitgeven, indien dit wegens de situatie op de begraafplaats niet bezwaarlijk is.
Artikel 11. Termijnen graven
- De graftermijn begint te lopen op de datum waarop het particuliere graf of de reservering is uitgegeven.
- Begraving of bijzetting in een particulier graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een zodanige periode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn ten minste gelijk is aan de wettelijke minimum grafrusttermijn. De verlenging dient te worden aangevraagd door de rechthebbende, of indien deze is overleden, door één van de in artikel 12, lid 1, bedoelde personen.
- De in het vorige lid bedoelde periode van verlenging wordt naar boven toe afgerond op gehele jaren.
- Een particulier grafrecht kan slechts aan één rechthebbende worden verleend.
- Het uitsluitend recht op een particulier graf geeft de rechthebbende zeggenschap over wie in dat graf wordt begraven en begraven wordt gehouden, onder de voorwaarden en de beperkingen van deze verordening.
- Het uitsluitend grafrecht wordt door het college schriftelijk bevestigd aan de rechthebbenden middels een grafakte.
- Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het particuliere graf. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.
Artikel 12. Overschrijving van verleende rechten
- Het recht op een particulier graf kan op aanvraag van de rechthebbende worden overgeschreven op naam van een ander natuurlijk persoon of rechtspersoon.
- Na het overlijden van de rechthebbende kan het recht op het particuliere graf worden overgeschreven op naam van een natuurlijk persoon of rechtspersoon, indien de aanvraag daartoe wordt gedaan binnen één jaar na het overlijden van de rechthebbende. Indien de overleden rechthebbende in het graf dient te worden begraven, of indien de asbus met zijn resten in het graf dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving daaraan voorafgaand te worden gedaan.
- Indien na het overlijden van de rechthebbende de aanvraag tot overschrijving aan het college niet wordt gedaan binnen de in het tweede lid van dit artikel gestelde termijn van één jaar, is het college bevoegd het recht op het particuliere graf te doen vervallen.
- Na het verstrijken van de in het tweede lid genoemde termijn van één jaar kan het college het particuliere graf alsnog op naam stellen van een nieuwe rechthebbende, tenzij dit recht betrekking heeft op een particulier graf dat inmiddels is geruimd.
Hoofdstuk 5 Voorschriften voor lijkbezorging
Artikel 13. Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf
- Degene die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk twee werkdagen voorafgaande de dag waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. De zaterdag en zondag gelden voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag.
- Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om de overledene binnen 36 uur na het overlijden te begraven, moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.
- De zich op een particulier graf bevindende grafbedekking of voorwerpen moeten door een steenhouwer uiterlijk twee werkdagen voorafgaand aan het openen van het graf worden verwijderd in opdracht van de rechthebbende.
- Het openen en sluiten van een particulier graf mag alleen uitsluitend in opdracht van een in leven zijnde rechthebbende worden uitgevoerd. In geval van een overleden rechthebbende dient het grafrecht eerst overgeschreven te zijn aan een nieuwe rechthebbende.
- Het openen van een graf ter begraving of het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder.
- In bijzondere gevallen kan het college van dit artikel ontheffing verlenen.
Artikel 14. Over te leggen stukken
- Tot begraving wordt niet overgegaan dan nadat het verlof tot begraven is overgelegd aan de beheerder.
- Indien de begraving of de bezorging van as in een particulier graf zal plaatsvinden, dient een machtiging daartoe aan de beheerder te worden overgelegd ondertekend door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door degene die in de uitvaart voorziet.
- De beheerder onderzoekt of de overgelegde stukken toereikend zijn.
Artikel 15. Tijden van begraven en asbezorging
- De tijden van het begraven en het bezorgen van de as wordt door het college in het uitvoeringsbesluit bepaald.
- Het begraven buiten de genoemde tijden is slechts mogelijk met ontheffing van de burgemeester. In dat geval wordt de tijd van begraven aangemerkt als een buitengewoon uur.
- De tijdstippen als in het vorige lid bedoeld, worden in overleg bepaald met de beheerder.
- Het college kan in bijzondere gevallen van deze tijden afwijken.
Hoofdstuk 6 Gedenktekens en grafbedekkingen
Artikel 16. Aanvraag gedenkteken
- Voor het hebben van een gedenkteken is een schriftelijke aanvraag nodig bij de beheerder.
- De rechthebbende van een particulier graf dient de aanvraag in voor het plaatsen van een gedenkteken.
- Het is verboden om zonder toestemming van de beheerder een gedenkteken te plaatsen.
- Het college stelt nadere regels vast omtrent de wijze van aanvragen, de aard en de afmetingen van het gedenkteken en de wijze van aanbrengen.
De beheerder kan de aanvraag weigeren indien:
a. niet voldaan wordt aan de vastgestelde nadere regels in het uitvoeringsbesluit;
b. het gedenkteken afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;
c. er op het gedenkteken enige wijze van reclame wordt gemaakt voor handel of bedrijf
d. de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;
e. de constructie van het gedenkteken ondeugdelijk is;
f. de begraafrechten en of grafrechten niet zijn voldaan.- Voorwaarde voor het goedkeuren van de aanvraag is dat te allen tijde de rechthebbende op een particulier graf eigenaar is en blijft van de grafakte zolang het graf niet geruimd mag worden.
Artikel 17. Grafbeplanting
- Het aanbrengen van beplantingen buiten de afmetingen van het graf is niet toegestaan.
- Grafbeplanting die buiten het graf, zonder toestemming of anders dan aangewezen is aangebracht of onvoldoende wordt onderhouden kan op last van het college door de beheerder worden verwijderd. Dit vindt niet plaats dan nadat rechthebbende per brief, via het mededelingenbord op de begraafplaats of via een aanwijzing bij het graf is opgeroepen en gelegenheid is geboden voor aanpassing. Bij verwijdering van de beplanting is geen recht op schadevergoeding.
- Grafbeplanting op een graf die in een verwaarloosde staat verkeert kan door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd.
Artikel 18. Verwijdering grafbedekking
- De rechthebbende op een particulier graf kan voor het verstrijken van de termijn een verzoek indienen om de grafbedekking te (laten) verwijderen.
- Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking maakt het college ten minste drie maanden voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd per brief aan de rechthebbende bekend. Wanneer het adres van de rechthebbende niet bekend is, maakt het college het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking gedurende ten minste drie maanden voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats bekend. Wanneer er niet betaald wordt voor verlenging van de grafrechten vervalt de grafbedekking aan de gemeente.
- De grafbedekking vervalt na het verstrijken van de graftermijn van rechtswege aan de gemeente en kan door het college worden verwijderd en vernietigd.
Artikel 19. Onderhoud door de rechthebbende
- Het (doen) plaatsen, aanbrengen, herstellen, vernieuwen of verwijderen van de grafbedekking geschiedt door, voor rekening van en voor risico van de rechthebbende.
- De rechthebbende is verplicht de grafbedekking op een behoorlijke wijze te onderhouden en te herstellen.
- De rechthebbende is verantwoordelijk voor het (laten) herstellen van verzakkingen en beschadigingen aan de grafbedekking, mits deze het gevolg zijn van nalatigheid of handelen van de rechthebbende. Schade door externe oorzaken of algemene omstandigheden valt niet onder deze verantwoordelijkheid.
- Indien de rechthebbende nalaat om het onderhoud of herstel uit te voeren, kan het college besluiten om de betreffende voorwerpen of de gehele grafbedekking te verwijderen. Dit gebeurt na schriftelijke kennisgeving aan de rechthebbende. Indien het adres van de rechthebbende onbekend is, maakt het college een mededeling op het informatiebord bij de ingang van de begraafplaats en brengt een verwijzing aan bij het graf.
- De kosten voor het onderhoud, herstel en eventuele verwijdering zijn voor rekening van de rechthebbende, voor zover de nalatigheid of schade aan de grafbedekking aan hem kan worden toegerekend. Bij schade door overmacht of algemene oorzaken kunnen deze kosten niet op de rechthebbende worden verhaald.
- Het college kan de rechthebbende schriftelijk verplichten om beschadigingen die het uiterlijk van de begraafplaats schaden of gevaar opleveren voor derden binnen een gestelde termijn te herstellen.
- De beheerder is bevoegd om de grafbedekking tijdelijk te verwijderen indien dit noodzakelijk is voor het beheer van de begraafplaats, na informering van de rechthebbende.
Artikel 20. Onderhoud door gemeente
Het college voorziet in het algemeen onderhoud en het schoonhouden van de begraafplaats. Dit betekent dat het college voorziet in:
a. periodiek onderhoud aan begroeiing en bomen;
b. periodiek onderhoud aan de paden;
c. periodiek onderhoud aan de opstallen zoals parkmeubilair, watertappunten en sanitaire voorziening
d. het graf aan de buitenkant van het oppervlak aanvullen met grond na verzakking;
e. onderhoud aan de algemene verstrooiingsplaats;
f. schoonhouden van de begraafplaats.
Artikel 21. Aansprakelijkheid
- Zolang het graf niet geruimd mag worden, blijft de rechthebbende eigendom houden van het gedenkteken, de beplantingen en andere voorwerpen. Al hetgeen wat op het graf geplaatst is, wordt geacht voor rekening en risico van de rechthebbende te zijn aangebracht.
- Naast het (doen) plaatsen en aanbrengen geschiedt ook het herstellen, vernieuwen of verwijderen van de grafbedekking door en voor rekening en risico van de rechthebbende.
- Indien door een ondeugdelijke (geworden) constructie naar het oordeel van het college een gevaarlijke situatie is ontstaan, kan het college direct maatregelen treffen.
- Schade en eventuele gevolgschade door derden is voor rekening en risico van de rechthebbende en deze dient de daaraan toegebrachte schade, door welke omstandigheid ook, op eerste aanschrijven te (doen) herstellen.
- Indien binnen drie maanden na de dag van aanschrijving geen herstel of vernieuwing heeft plaatsgevonden, is het college bevoegd tot verwijdering en vernietiging van het gedenkteken of beplantingen en andere voorwerpen over te gaan zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.
- De gemeente is niet verantwoordelijk voor de voorwerpen, welke zich op of bij de graven bevinden. Evenmin kan zij aansprakelijk worden gesteld voor schade aan deze voorwerpen, diefstal of het zoekraken daarvan, tenzij aan de zijde van de gemeente opzet of grove schuld aanwezig is.
- Aanspreekpunt voor de gemeente m.b.t. het Islamitische gedeelte is Stichting Islamitisch Begrafeniswezen (IBW).
Hoofdstuk 7 Ruiming van graven
Artikel 22. Vervallen grafrecht
Het grafrecht vervalt:
a. door het verlopen van de termijn waarvoor het recht is verleend;
b. indien de rechthebbende schriftelijk afstand doet van het recht;
c. indien de begraafplaats wordt opgeheven of aan zijn bestemming wordt onttrokken.Het college kan de grafrechten vervallen verklaren:
a. indien de betaling van de grafrechten of een verlenging van het grafrecht -ondanks een aanmaning- niet binnen drie maanden na aanvang van die termijn is geschied;
b. indien de rechthebbende -ondanks een aanmaning- in verzuim blijft een op grond van deze verordening op hem rustende verplichting na te komen of daarmee in strijd handelt;
c. indien de rechthebbende van een particulier graf is overleden en het recht niet binnen één jaar is overgeschreven.Datum ingang vervallen grafrecht:
a. indien de graftermijn verlopen is en de rechthebbende doet schriftelijk afstand van het grafrecht vervallen de rechten op datum afloop grafrecht;
b. indien de rechthebbende op verzoek, voortijdig, schriftelijk afstand doet van het grafrecht vervallen de rechten op datum van ondertekening van de schriftelijke verklaring.- In de gevallen als bedoeld in dit artikel vindt geen terugbetaling plaats van (een deel van) de betaalde rechten.
Artikel 23. Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
- Het voornemen van het college om een graf ondergronds te ruimen wordt tenminste één jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden per brief aan de rechthebbende bekend gemaakt. Wanneer het adres van de rechthebbende niet bekend is, maakt het college het voornemen tot ruiming van het graf ten minste één jaar voorafgaande aan het tijdstip van de ruiming door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend.
- De beheerder draagt er zorg voor dat met de bij de ruiming van het graf nog aanwezige stoffelijke resten te allen tijde respectvol wordt omgegaan en dat bezoekers van de begraafplaats niet met stoffelijke resten worden geconfronteerd.
- De bij de ruiming van het graf nog aanwezige stoffelijk resten worden begraven op daartoe bestemde gedeelten van de begraafplaats.
- De rechthebbende van een particulier graf kan bij de beheerder een aanvraag indienen om de stoffelijke resten te doen verzamelen om deze opnieuw in dezelfde grafruimte te doen plaatsen dan wel om deze te cremeren of elders opnieuw te doen begraven. De rechthebbende op een particulier urnengraf kan bij de beheerder een aanvraag indienen de asbus elders bij te zetten of om de as te doen verstrooien.
- Nabestaanden van een overledene waarvan een asbus al of niet met een urn is bijgezet kunnen bij de beheerder een aanvraag indienen om deze ter beschikking te houden voor herbegraving of verstrooiing elders.
- Indien de dag waarop het graf geruimd mag worden de grafbedekking niet is verwijderd, is het college bevoegd tot verwijdering en vernietiging van de gedenktekens, beplantingen en andere voorwerpen over te gaan, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.
- Het opgraven van stoffelijke resten en het ruimen van graven is slechts toegestaan indien daarbij geen andere personen aanwezig zijn dan degenen die met deze werkzaamheden zijn belast. De beheerder zal voor deze werkzaamheden de begraafplaats tijdelijk geheel of gedeeltelijk sluiten.
Hoofdstuk 8
Overige bepalingen
Artikel 24. Klachten
- Bezoekers van de begraafplaats en personen die in de gemeente Nuenen, Gerwen en Nederwetten een belang hebben kunnen omtrent feitelijke handelingen of het nalaten van feitelijke handelingen betreffende de begraafplaats bij het college een schriftelijke klacht indienen.
- Voor de afhandeling van de klachten is de in de gemeente geldende klachtenprocedure van toepassing.
Artikel 25. Beslissingsbevoegdheid
Het college kan van de bepalingen in deze verordening afwijken via nadere regels.
Artikel 26. Overgangsbepaling
- Besluiten van het college die genomen zijn krachtens de “Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Nuenen c.a. 2011” gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening;
- Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van de “Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Nuenen c.a. 2011” een aanvraag om vergunning op grond van de verordening begraafplaats is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.
Artikel 27. Strafbepaling
- Hij die handelt in strijd met de artikel 5, 6 en 7 wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.
- De in het eerste lid genoemde strafbare feiten worden beschouwd als overtredingen.
Artikel 28. Inwerkingtreding
- De “Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Nuenen c.a. 2011”, vastgesteld op 3 maart 2011, wordt ingetrokken.
- Deze verordening treedt inwerking op de dag na bekendmaking.
Artikel 29. Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Nuenen c.a. 2026.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 13 november 2025,
de griffier de voorzitter